Staantribune
Thomas Rensen
Vergeet de boeken over superhelden als Messi en Ronaldo en pak dit boek van Nick Hengelman erbij. Wie? Ja, precies. Hij stond onder contract bij onder meer Ajax, Vitesse en zijn droomclub FC Twente. Hij speelde daar alleen nooit een officiële wedstrijd. “Een smetje”, volgens hemzelf. Uiteindelijk kwam Hengelman toch tot meer dan honderd wedstrijden in het betaalde voetbal, maar dan voor clubs als Top Oss, AGOVV en Ajax Cape Town.
Nu is Hengelman 33 en zit hij zonder club. Precies daar gaat dit verhaal over en maakt dit boek interessant en anders dan de vele andere biografieën die bestaan. Want wil Hengelman nog wel terugkeren in het betaalde voetbal? Of stort hij zich enthousiast op een nieuwe carrière als (gevierd?) schrijver.
Hij neemt ons mee in zijn hoofd en vertelt eerlijk en vrij over zijn twijfels. En over de twijfels van zijn vriendin. Die neemt zijn nieuwe carrière als schrijver wat minder serieus en wil dat hij geld op de plank brengt. En dan het liefst niet bij een club in een ver buitenland, maar gewoon in het bedrijf van zijn moeder. Maar zover is Hengelman nog lang niet. Hij droomt van een derde kans bij FC Twente. Of anders wel van een bestseller. Ondertussen vertelt hij mooie anekdotes uit zijn carrière. Hoe voelt het als je op een gegeven moment derde keeper bent bij Top Oss? En hoe red je je carrière als je club midden in het seizoen failliet gaat, terwijl je eindelijk eerste keeper bent?
Hengelman spaart zichzelf niet en tegelijkertijd ontbreekt het hem niet aan zelfvertrouwen. Met wat meer geluk had niet Noppert maar Hengelman namelijk het Nederlands elftal gehaald, zo lees je tussen de regels door. In elke carrière moet je wat geluk hebben en dat ontbrak bij Hengelman vaak. Daarnaast gooide hij af en toe zijn eigen glazen in.
Een bestseller zal dit boek niet worden, al is het maar omdat je op een gegeven moment genoeg gelezen hebt over zijn kopjes koffie, het buffet van Van der Valk en vooral genoeg over zijn twijfels over dit boek en over zijn schrijverschap. De kracht zit hem niet altijd in de herhaling.
Wat overblijft is een boek met een origineel uitgangspunt. Een boek over een keeper die langzaam beseft dat oude dromen misschien niet meer uitkomen, maar dat er ook in het leven na het voetbal genoeg te dromen blijft. Als je er maar zelf in gelooft!